Vanaf de weg aan de Noorderstraat in Sappemeer valt het niet meteen op, maar in een grote schuur achter zijn huis runt Alex Kampinga al bijna 25 jaar lang het Groninger Schaatsmuseum.
De 85-jarige Kampinga verzameld alles wat te maken heeft met schaatsen. Stempelkaarten en medailles van de Elfstedentocht en de Noordelijke Rondritten. Schaatsen uit het jaar 1700. En zelfs het schaatspak van Marianne Timmer, waarmee ze in 1998 Olympisch goud behaalde in Nagano: het staat allemaal, zo dan niet tijdelijk, tentoongesteld in het museum.
Geboren Stadjer Alex Kampinga weet van begin tot eind de geschiedenis van alle soorten ‘scheuvels’ in zijn museum op een boeiende manier uit te leggen. De verzameling startte in het jaar 1985 toen hij naast zijn drukke baan een hobby wilde beginnen om zijn zinnen te verzetten. Toevallig kreeg hij een folder voor verzamelaars met als hoofdonderwerp, je raadt het al, de schaats in handen. Dit wekte zijn interesse en al gauw is het balletje gaan rollen.
De verzameling werd zodanig groot dat hij in 1998 besloot om het Groninger Schaatsmuseum op te richten, dat dit jaar dus al 25 jaar bestaat. Maar het had ook heel goed een heel ander museum kunnen zijn geweest, vertelt Alex glimlachend: ‘Als er een folder over brandweerhelmen in de bus was gevallen dan was ik die gaan sparen.’
Aankomend voorjaar wordt het jubileum gevierd met een klein feestje, onder genot van een hapje en drankje. Het schaatsmuseum is zondags geopend en ook op speciaal verzoek of tijdens Open Monumentendag.
