Op woensdag 26 maart was staatssecretaris Van Marum (Herstel Groningen) op bezoek in Tjuchem. Het bezoek maakt onderdeel uit van een grotere ronde door het aardbevingsgebied langs alle gemeenten. Het doel? Horen welke ervaringen inwoners zelf hebben met de versterking en informatie ophalen over hoe processen kunnen worden verbeterd. Van Marum is in juni 2024 aangesteld als staatssecretaris om de uitvoering van de herstelwerkzaamheden in het aardbevingsgebied te verbeteren en voortgang te waarborgen. Van Marum staat de redactie te woord.
Met de inwoners zelf in gesprek
Van Marum geeft aan dat deze avonden als positief worden ervaren. “Ik spreek veel met de top van organisaties zoals de Nationaal Coördinator Groningen (NCG), maar het is belangrijk om de inwoners zelf en mensen dicht op de werkvloer te spreken. Waar lopen jullie tegen aan? Hoe kan het beter? Op zo’n avond kunnen we waardevolle informatie ophalen.” Eerder al was de staatssecretaris op bezoek in gemeenten Eemsdelta en Hogeland. In de komende periode zal Van Marum op bezoek in de overige aardbevingsgemeenten.
De bijeenkomst was niet toegankelijk voor de pers. “Het is niet omdat wij bang zijn voor de pers, maar wij willen graag dat inwoners zich volledig vrij voelen om te spreken tijdens deze avonden.” In Tjuchem zouden zo’n twintigtal inwoners aanwezig zijn geweest. Een van de aanwezigen gaf aan dat het een ‘zeer waardevolle avond’ was.
Veel klachten over NCG-rapporten
Onlangs verschenen in de media veel klachten over fouten in NCG-rapporten, variërend van kleine slordigheden tot grote missers en zorgen over veiligheid. Pointer (KRO-NCRV) haalde veel verhalen op en Dagblad van het Noorden sprak over een structureel probleem. De NCG-rapporten worden momenteel onderzocht door diverse partijen. De staatssecretaris herkent de verhalen, maar wijst ook op nuances.
“Wij ervaren twee duidelijke lijnen. Enerzijds heb je inwoners bij wie het versterkingsproces vlot loopt en wie uiterst tevreden zijn en anderzijds zijn er inwoners die helemaal vastlopen en veel slechte ervaringen hebben: bijvoorbeeld als na het versterkingsadvies blijkt dat de fundering van een huis niet op orde is en het de inwoners maar niet lukt om de NCG in beweging te krijgen. Wij zien dit ook. Nu kunnen we de NCG hierop aanspreken.”
“In de media wordt gesproken over honderden, wellichts zelfs duizenden rapporten met fouten. In dit beeld herkennen wij ons niet. Wij hebben nu enkele tientallen rapporten liggen die zijn aangemeld waar we vraagtekens bij hebben. Naar die rapporten gaan we nu eerst kijken.”
Van Marum wijst ook op nuances. “Er zijn advocaten die met eigen experts werken die hun eigen berekeningen en methodes toepassen. Het kan best zijn dat deze berekeningen kloppen, maar het is wel belangrijk dat we het eerst eens bij elkaar gaan zitten om er gezamenlijk naar te kijken. Ook zien we soms dat we zaken beter moeten uitleggen. Bijvoorbeeld het feit dat een rapport wordt opgebouwd in meerdere fases. Het eerste rapport is niet meteen definitief, maar is eerder een aanzet tot nader onderzoek. Gedurende dat proces kan het rapport nog veranderen. Dit is niet altijd duidelijk bij de mensen. Ook zien we versterkingsoperaties die inmiddels redelijk goed lopen, maar zodanig getekend zijn door fouten uit het verleden dat het vertrouwen bij de mensen helemaal weg is. Dit bemoeilijkt de zaak soms ook.”
ACVG-onderzoek
Van Marum heeft het Adviescollege Veiligheid Groningen (ACVG) de opdracht gegeven om onderzoek uit te voeren naar de versterkingsprocedures. De vraag is welke fouten er worden gemaakt, hoe vaak dit gebeurt en hoe zwaar die fouten wegen: Zijn het vormfouten of technisch-inhoudelijk relevante fouten? Het onderzoek moet voor de zomer starten. “Ik hoop toch binnen een half jaar de eerste resultaten vanuit het onderzoek terug te krijgen”. Onlangs verscheen al wel een rapport van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) waarin de NCG werd geadviseerd interne kwaliteitscontroles te verbeteren. Dat rapport kunt u hier inzien.
Veiligheid prioriteit
Van Marum benadrukt dat veiligheid prioriteit heeft. “Op norm moet op norm zijn.” Daar zal dan ook het eerste naar worden gekeken. Naast fysieke veiligheid benadrukt Van Marum ook het belang van psychologische en sociale veiligheid. Het feit dat de processen jarenlang kunnen aanslepen heeft zijn weerslag op het mentale welzijn van mensen.
Een van de zaken die volgens de staatssecretaris heeft geleid tot vertraging zijn onduidelijkheden over verduurzaming. Daar is nu een knoop doorgehakt. “Omdat nu ook alle maatregelen vanuit Nij Begun bekend zijn kunnen de versterkingswerkzaamheden goed worden gekoppeld aan onder meer verduurzaming. De werkzaamheden duren wellicht wat langer op deze manier, maar door hier nu duidelijk keuzes in te maken hoop ik dat we op termijn sneller kunnen doorpakken.”
De diverse wetgevingen en regelingen die elkaar hebben opgevolgd hebben op diverse plaatsen tot niet-uitlegbare verschillen geleid. Deze ongelijkheden zijn inmiddels verweven in de hele versterkingsoperatie. Van Marum is voorzichtig met beloftes op dit punt. “Wij kunnen niet alle verschillen oplossen. Wel gaan we de komende tijd in gesprek met gemeenten, het Rijk en uitvoeringsorganisaties om te kijken wat er wel mogelijk is. Ik denk dat we met de bezetting die we nu hebben een goed begin kunnen maken.” De staatssecretaris benadrukt wederom dat veiligheid prioriteit krijgt.
Deadline verschoven – Ruimte voor complexe gevallen
Afgelopen jaar werd duidelijk dat de deadline van 2028 niet haalbaar is en wordt er gedacht aan 2031. Voor Van Marum is het een kwestie van even een ruime marge nemen, zeker voor de complexe casussen. “Wij verwachten dat we het merendeel voor 2028 kunnen afronden. Maar er zijn altijd complexe gevallen. Bijvoorbeeld monumentale panden, technische complexe woningen of verslechterde contacten. Hiervoor hebben we de ruimte nodig en die willen we ook graag nemen’, aldus staatssecretaris Van Marum.